10 onmisbare naaibenodigdheden voor beginners
10 onmisbare naaibenodigdheden voor beginners
10 onmisbare naaibenodigdheden voor beginners in samenwerking met Karinkay
1. Stofschaar
Bij vrijwel elk naaiproject zul je stof gaan knippen. Voor het knippen van stof heb je een goede, scherpe schaar nodig die ook echt alleen maar voor stof wordt gebruikt. Anders heb je het risico dat hij stomp wordt en dan worden je geknipte randen rafelig. Ik begon met een simpele schaar uit een Lidl naaipakket, later kreeg ik van mijn lieve vriend kreeg ik een ‘echte’ stofschaar van het merk Kai die vlijmscherp is en als een mes door de boter door de stof glijdt. Er zijn overigens ook speciale stofscharen voor linkshandigen.
Wat ik zelf heel handig vind maar geen must is, is een klein borduurschaartje. Daarmee knip ik alle draadjes af of haal ik weer iets mee uit. Voor die kleine draadjes is mijn grote schaar meestal veel te lomp.
Funfact: inmiddels heb ik (minimaal…) negen scharen verzameld ;)
2. Spelden
Om stofdelen aan elkaar te spelden of een patroon op de stof te spelden zonder dat het beweegt, heb je spelden nodig. Positioneer deze (als het kan) in de naadwaarde zodat je stof niet beschadigd. De meeste spelden hebben een kopje van glas. Waarom? Dan smelten ze niet als ze in aanraking komen met je strijkbout!
Spelden kunnen vervelend prikken, dus ze in een bakje bewaren waar je elke keer in moet graaien, is geen goed idee. Een speldenkussen is daarbij handig, wat je zelf kunt maken of kunt aanschaffen. Mijn speldenkussen is een zelfgemaakte donut van vilt. Er zijn ook magnetische speldenkussens en ook speciale speldenkussens om als armband aan je pols te dragen. Soms zie je ze wel eens op tv bij The Great British Sewing Bee. Het lijkt me erg handig want zo heb je ze altijd (letterlijk en figuurlijk) bij de hand!
3. Meetlint
Bij het maken van kleding gebruik je een meetlint voor vanalles. Het nemen van je eigen maten of die van je kind, het meten van stof, patroondelen of het bijtekenen van naadwaarde… Hierbij geldt ook: meten = weten.
Ook een zoommaatje kan heel handig zijn, dat is een soort sjabloon met de standaard maten voor zomen voor bijvoorbeeld onderaan je top of rok. Als je veel met patroontekenen aan de slag gaat zijn linialen en geodriehoeken ook heel handig.
Bonustip: die vlijmscherpe stofschaar van puntje 1? Die knipt ook heel goed door een meetlint, dus pas op dat die er niet per ongeluk tussen zit!
4. Tornmesje
Foutje gemaakt bij het stikken? Geen paniek, je kunt het weer ongedaan maken door het stiksel uit te tornen. Dit doe je met een tornmesje. Het scherpe deel gebruik je om (voorzichtig)! te peuteren en als je het bolletje tussen de lagen wrikt kun je in een keer een heel stiksel uithalen.
Zelf heb ik een supersimpel, ouderwets tornmesje, maar er zijn nu ook ergonomische tornmesjes met een veel groter handvat.
6. Naaimachinenaalden
Je naaimachine heeft natuurlijk naalden nodig om iets te kunnen stikken. “Officieel” zou je na elk project je naald moeten weggooien en een nieuwe gebruiken. Een stompe naald kan namelijk lusjes in de stof trekken of je hebt kans dat het allemaal niet zo lekker loopt. Zelf vind ik het zonde om al zo snel een naald weg te gooien en het ene project is natuurlijk intensiever dan de ander, dus bij mij gaan ze langer mee.
Er zijn heel veel verschillende types naaimachinenaalden te vinden. Zo gebruik je voor dunne, fijne stoffen ook dunne naalden, voor stretchstoffen ballpoint naalden die de stof niet beschadigen, voor dikke denim gebruik je weer andere naalden...
Weet je niet waar je moet beginnen, dan raad ik je aan om een setje universele naaimachinenaalden in verschillende diktes aan te schaffen (zoals deze). Hiermee kun je door vrijwel alle (niet-stretch) stoffen goed stikken. Als je dan later een moeilijker project gaat doen met een speciale stof, kun je op dat moment uitzoeken welke naald daar het beste bij past.
5. Krijt of stift
Als je een patroon wilt overnemen op de stof of iets wilt markeren, heb je krijt of een stift nodig. Krijt is er te vinden in verschillende vormen zoals de ouderwetse stukjes kleermakerskrijt, maar ook als potlood.
Heb je geen zin in geknoei met krijt? Dan kun je voor een fabric marker gaan. Dit zijn speciale pennen voor stof die na een bepaalde tijd op ‘magische wijze’ verdwijnen. Het nadeel daarvan is dat je wel een beetje moet opschieten met je naaiwerk, anders zijn je streepjes al vervaagd. Er zijn ook varianten die door te strijken weer verdwijnen.
7. Patroon
Je hoeft niet per se een patroon te gebruiken voor je eerste naaiproject. Ik zou het echter wel aanraden omdat dat gemakkelijker is om iets zelf te bedenken. Je kunt verschillende type naaipatronen gebruiken (lees ook: Wat voor type naaipatronen zijn er?) zoals een pdf-patroon of naaitijdschrift.
Ik heb ook een lijstje samengesteld met gratis dames pdf-patronen die geschikt zijn voor beginners: 10 fijne gratis dames naaipatronen voor beginners of bekijk ook 5 simpele (en gratis) naaiprojecten voor beginners.
8. Naaigaren
Bij elk project heb je natuurlijk garen nodig. Het is in het begin handig om een setje met meerdere kleurtjes aan te schaffen zodat je een beetje vooruit kunt en niet elke keer weer naar de winkel hoeft te lopen voor bijpassend garen. Zorg ervoor dat je naaigaren voor de naaimachine kiest en geen grote klos lockgaren.
Iets wat ik heb geleerd is dat als je geen bijpassende kleur garen voor je kledingstuk hebt, dat een donkere kleur minder opvalt dan een lichte kleur.
9. Patroonpapier
Vooral als je begint met een patroon uit een naaitijdschrift heb je patroonpapier nodig. Dat is (licht) doorzichtig papier wat je op een rol of opgevouwen kunt kopen. Dit leg je op het patroonblad van het tijdschrift en trek je je juiste maat op over. Vervolgens knip je dit uit en leg je het op de stof. Zo raakt het tijdschrift niet beschadigd. Ook kun je je eigen aanpassingen doorvoeren op je papieren patroon.
Je hebt patroonpapier met ruitjes en effen/blanco. Als je zelf patroondelen wilt tekenen zijn de ruitjes erg handig. Anders voldoet het ‘effen’ papier ook goed.
10. En natuurlijk: stof!
Een dooddoenertje, maar het basisbestandsdeel (naast je naaimachine!) is natuurlijk een lap stof. Dat hoeft niet per se nieuwe stof te zijn, zelf maakte ik als beginner een start met oude dekbedovertrekken om mee te oefenen.
Voor een beginner zijn katoenen stoffen het beste aan te raden. Deze rekken niet en glibberen niet alle kanten op onder je naaimachinevoetje. Ook linnen of canvas (voor bijvoorbeeld een tas) zijn goede beginnersstoffen. Stoffen met stretch zijn voor de absolute beginner nog even niet aan te raden. In de blogpost Waar koop ik mijn stoffen? vind je mijn favoriete adresjes voor stoffen.